Mijn gok is dat dit een bijgerecht is: corrigeer me a.u.b. als het niet zo
is. BH
De ingrediënten van dit recept worden afgemeten in Amerikaanse maten (cups). Je zult een litermaat moeten gebruiken. Keukenweegschalen lijken ze aan de overkant van de plas niet te kennen!
De ingrediënten van dit recept worden afgemeten in Amerikaanse maten (cups). Je zult een litermaat moeten gebruiken. Keukenweegschalen lijken ze aan de overkant van de plas niet te kennen!
Ingrediënten
voor 20 stuks
- 15 gram verse gist of 1 theelepel gedroogde gist
- 115 ml. lauwwarm water
- 1 ½ theelepel suiker
- 350 ml. gemalen rijst (gekookte rijst zonder zout fijnstampen met een pureestamper of malen in de keukenmachine)
- 350 ml. rijstebloem of gewone bloem
- 2 theelepels zout
- 450 ml. gehakte kokos
- 570 ml. hete melk
- 450 ml. heet wate
Bereiding
Los de gist op in het warme water, voeg de suiker toe en laat het mengsel
10 minuten staan. Als de gist begint te schuimen/borrelen is hij goed en
kun je doorgaan met de rest van het recept. Als er helemaal geen reactie
komt, begin dan opnieuw met andere gist.
Doe de gemalen rijst, de bloem en het zout in een grote kom. Maak kokosmelk met zowel de melk als het water: doe de melk met de gehakte kokos in een pan, laat op laag vuur 10 minuten trekken, giet de boel door een kaasdoek en vang het vocht op. Knijp de massa in de kaasdoek goed uit. Maak met het water en de kokosmassa uit de kaasdoek op gelijke manier nog een hoeveelheid kokosmelk (op waterbasis deze keer dus). Houd beide soorten kokosmelk apart. Voeg het gistmengsel aan de melk-kokosmelk toe en meng dit door de droge ingrediënten in de beslagkom tot aan glad, dik beslag. Laat dit een nacht staan, of zet de kom op een warme plaats totdat het volume verdubbeld is (ongeveer 1 uur). Het beslag moet zo dik zijn dat je 't nog net kunt gieten, maar zo dun dat je er een pan zo dun mee kunt 'bekleden' dat je er bijna doorheen kunt kijken. Daarom moet je waarschijnlijk wat van de tweede kokosmelk (waterbasis) toevoegen. Er is moeilijk een richtlijn te geven voor de dikte van het beslag: oefening baart kunst! Bovendien hangt de extra toe te voegen hoeveelheid sterk af van het absorptievermogen van de bloem.
Verhit een pan op een laag vuur; wrijf de binnenkant in met een stukje keukenrol dat je eerst in wat olie hebt gedoopt. Giet een lepel beslag in de pan. Pak de pan onmiddellijk op en draai hem rond zodat het beslag kan "rondlopen" tot op tweederde van de hoogte van je pan. Leg een deksel op de pan. Laat de pan op een laag vuur ongeveer 5 minuten staan. Gluur even: wanneer de bovenste rand een blekig bruin kleurtje heeft gekregen is de hopper klaar. Waar het beslag langs de wanden van de pan terug is gelopen naar de bodem is dan een soort dikke bleke pannekoek ontstaan; de opstaande rand is superdun en krokant. Haal de hopper met een schuimspaan uit de pan en leg hem op een (taart)rooster. Smeer de pan weer in met olie en bak de volgende hopper. Herhaal de hele procedure totdat al het beslag op is.
Serveer de hoppers warm met sambalsaus, en een willekeurig vlees, vis of chicken curry gerecht.
Doe de gemalen rijst, de bloem en het zout in een grote kom. Maak kokosmelk met zowel de melk als het water: doe de melk met de gehakte kokos in een pan, laat op laag vuur 10 minuten trekken, giet de boel door een kaasdoek en vang het vocht op. Knijp de massa in de kaasdoek goed uit. Maak met het water en de kokosmassa uit de kaasdoek op gelijke manier nog een hoeveelheid kokosmelk (op waterbasis deze keer dus). Houd beide soorten kokosmelk apart. Voeg het gistmengsel aan de melk-kokosmelk toe en meng dit door de droge ingrediënten in de beslagkom tot aan glad, dik beslag. Laat dit een nacht staan, of zet de kom op een warme plaats totdat het volume verdubbeld is (ongeveer 1 uur). Het beslag moet zo dik zijn dat je 't nog net kunt gieten, maar zo dun dat je er een pan zo dun mee kunt 'bekleden' dat je er bijna doorheen kunt kijken. Daarom moet je waarschijnlijk wat van de tweede kokosmelk (waterbasis) toevoegen. Er is moeilijk een richtlijn te geven voor de dikte van het beslag: oefening baart kunst! Bovendien hangt de extra toe te voegen hoeveelheid sterk af van het absorptievermogen van de bloem.
Verhit een pan op een laag vuur; wrijf de binnenkant in met een stukje keukenrol dat je eerst in wat olie hebt gedoopt. Giet een lepel beslag in de pan. Pak de pan onmiddellijk op en draai hem rond zodat het beslag kan "rondlopen" tot op tweederde van de hoogte van je pan. Leg een deksel op de pan. Laat de pan op een laag vuur ongeveer 5 minuten staan. Gluur even: wanneer de bovenste rand een blekig bruin kleurtje heeft gekregen is de hopper klaar. Waar het beslag langs de wanden van de pan terug is gelopen naar de bodem is dan een soort dikke bleke pannekoek ontstaan; de opstaande rand is superdun en krokant. Haal de hopper met een schuimspaan uit de pan en leg hem op een (taart)rooster. Smeer de pan weer in met olie en bak de volgende hopper. Herhaal de hele procedure totdat al het beslag op is.
Serveer de hoppers warm met sambalsaus, en een willekeurig vlees, vis of chicken curry gerecht.
Bron
Björn Hermans
Aanvullingen
Aanvulling van Jacco Konijn:
1 belangrijk aspect is in dit recept vergeten, nl. de pan die hiervoor
gebruikt wordt. Eigenlijk heb je een soort mini-wok nodig, diepte ongeveer
4 cm. en doorsnee ongeveer 10-15 cm. Bij het bedekken van de pan met deeg
ontstaat dan een soort 'eetbaar schaaltje', een pannekoek in de vorm van
een min of meer halve bol.
De pannen zijn voor iedere vakantieganger die naar Sri Lanka gaat overal
op straat te verkrijgen voor nog geen 4 piek, met mooie houten steel en
speciaal hopperspateltje
Deze specialiteit uit Sri Lanka wordt niet alleen als hoofdgerecht gegeten bij een avondmaaltijd, maar ook als ontbijt geserveerd. Het beleg bestaat dan uit suiker (echte engelse) jam of gewoon boter. D.w.z. voor de westerling; de Singalees doet er gewoon een zeer pittige groenteprut in. Variatie op het thema is om tijdens het bakken van de hopper er een ei in te doen dat dan mee gebakken wordt. De dooier zacht laten, en je eet authentiek Singalees ontbijt. (wel zwaar soches overigens)
Deze specialiteit uit Sri Lanka wordt niet alleen als hoofdgerecht gegeten bij een avondmaaltijd, maar ook als ontbijt geserveerd. Het beleg bestaat dan uit suiker (echte engelse) jam of gewoon boter. D.w.z. voor de westerling; de Singalees doet er gewoon een zeer pittige groenteprut in. Variatie op het thema is om tijdens het bakken van de hopper er een ei in te doen dat dan mee gebakken wordt. De dooier zacht laten, en je eet authentiek Singalees ontbijt. (wel zwaar soches overigens)
Je kan dit recept afdrukken (en vaak ook een PDF ervan genereren) via de standaard print opties van je browser. De vormgeving van het recept wordt daarbij automatisch aangepast.